Zuigerpompen
Werkingsprincipe:
In een cilinder zit een zuiger. De zuiger gaat heen en weer en maakt daardoor de ruimte in een deel van de cilinder afwisselend groter en kleiner. De cilinder is verbonden met een zuigleiding en een persleiding. In de verbinding tussen de cilinder en de leidingen zitten kleppen die er voor zorgen dat de vloeistof in de juiste richting in en uit de cilinder stroomt.
Enkelwerkend:
Als de zuigerstang de zuiger naar rechts trekt ontstaat in de cilinder links van de zuiger een onderdruk. De vloeistof in de zuigleiding drukt de zuigklep open en stroomt de cilinder binnen. De persklep is op dat moment gesloten. Als de zuigerstang de zuiger naar links duwt, ontstaat in de cilinder links van de zuiger een overdruk. De vloeistof in de cilinder drukt de persklep open en stroomt in de persleiding. De zuigklep is op dat moment gesloten.
Een zuigerpomp levert een zeer onregelmatige vloeistofstroom. Een enkelwerkende zuigerpomp levert tijdens de zuigslag helemaal geen vloeistof. Tijdens de persslag is de vloeistofstroom ook niet constant. De zuigersnelheid wisselt namelijk tijdens de persslag van nul naar een maximum en dan weer naar nul. Het resultaat is een zeer pulserende vloeistofstroom. Dit is weergegeven in figuur 13. Langs de horizontale lijn is de tijd weergegeven die de zuiger voor elke zuig- en persslag nodig heeft, op de verticale lijn de opbrengst. De grafiek geeft aan welke opbrengst de pomp op een bepaald moment van zijn persslag levert.
Punt A: De snelheid van de zuiger is hoog. De opbrengst [Q] is groot.
Punt B: De snelheid van de zuiger is laag. De opbrengst [Q] is klein.
Punt C: De persslag is voorbij en de zuigslag begint. De opbrengst [Q] is nul.
Punt D: Er begint een volgende persslag.
Dubbelwerkend:
Aan beide zijden van de zuiger zit een zuigklep en een persklep. Als de zuiger aan één kant vloeistof in de persleiding perst wordt op het zelfde moment aan de andere kant vloeistof via de zuigklep aangezogen. Per omwenteling van de krukas zijn er twee zuig- en twee persslagen. Daardoor ontstaat een meer regelmatige vloeistofstroom, maar in figuur 15 is te zien dat ook de dubbelwerkende zuigerpomp een pulserende vloeistofstroom geeft.
Duplex zuigerpomp:
Veel zuigerpompen hebben twee (of meer) cilinders. De krukken voor de drijfstangen naar de twee zuigers staan dan onder een hoek van 90° op de krukas. Door deze constructie is de opbrengst van de ene zuiger maximaal, op het moment dat de opbrengst van de andere zuiger minimaal is. De pulserende werking is daardoor minder en de vloeistofstroom regelmatiger.
FIGUUR 16
Toepassing:
Zuigerpompen worden gebruikt voor het droog houden van natte ruimten, zoals kelders en bouwputten, voor bronbemaling en als lenspomp. Kleinere typen worden gebruikt in hydrofoorinstallaties en voor ketelvoeding.